Editie nr 75 van 30 april 2000
Het investeringskrediet
Het investeringskrediet neemt de vorm aan van een voorschot van geldmiddelen verstrekt door een kredietinstelling ten bedrage van een percentage van een investering.
Dit voorschot wordt verleend voor de financiering van de aankoop van onroerende goederen, van kapitaalgoederen voor de productie en soms voor de wedersamenstelling van het bedrijfskapitaal.
Deze wedersamenstelling is vaak noodzakelijk wegens de behoeften ontstaan door de investering.
Het voorschot kan tot 100 % dekken, maar over het algemeen zal de kredietinstelling
een eigen inspanning van de lener eisen. Het voorschot kan op twee manieren
worden toegekend :
- door de beschikbaarstelling van het volledige bedrag van de middelen. Verantwoording
dient te gebeuren via de te betalen facturen;
- door betaling van de facturen naarmate ze aan de bank worden voorgelegd.
Het investeringskrediet wordt toegestaan voor een bij de aanvang bepaalde duur en tegen een bepaalde rentevoet. De frequentie van de terugbetalingen wordt vastgesteld volgens de mogelijkheden en de verwachte rentabiliteit van de investering.
Terugbetaling
De terugbetaling van het kapitaal gebeurt in gelijke driemaandelijkse, halfjaarlijkse
of jaarlijkse schijven. De eerste schijf wordt meestal terugbetaald een jaar
nadat de (geld)middelen ter beschikking werden gesteld. Het komt echter vaak
voor dat de eerste terugbetaling pas na twee jaar wordt verricht, om de investering
de tijd te geven rendabel te worden.
Elke terugbetaling van kapitaal gebeurt in de vorm van een orderbriefje uitgeschreven
door de klant.
Intresten
De rentevoet is vast. De rente is driemaandelijks of halfjaarlijks betaalbaar, maar nooit jaarlijks. De rente wordt berekend op het nog verschuldigde kapitaal en vermindert geleidelijk, terwijl het deel van het terugbetaalde kapitaal toeneemt.
Risico’s en garantie
De investeringslening is voor de financiële instelling een risicodragende transactie.
Daarom zal ze garanties eisen:
- voorrecht op het gefinancierde goed;
- hypotheek op een onroerend goed;
- inpandneming van een handelszaak;
- hoofdelijke borg van de vennoten.
Deze zekerheden verminderen naarmate de terugbetalingen geschieden en zullen beschikbaar worden om nieuwe kredieten te dekken.
Boeking
De beschikbaarstelling gebeurt hetzij ineens, hetzij naarmate de facturen worden voorgelegd van een bepaald bedrag (bijvoorbeeld ± 5.000.000 BEF). De financiële instelling maakt een aflossingstabel op die rekening houdt met een rente berekend op het nog verschuldigde kapitaal.
Voorbeeld
Kredietbedrag 20.000.000 BEF - Rentevoet 5,4 % - Duur 15 jaar - Aanvang 1.1.99
TOTAAL VAN HET KAPITAAL | TERUGBETALING IN KAPITAAL | TERUGBETALING IN INTERESTEN | TOTAAL IN INTERESTEN | TOTAAL | NOG VERSCHULDIGD KAPITAAL | |
1999 1 T | 269.021 | |||||
2 T | 439.058 | 266.063 | ||||
3 T | 263.066 | |||||
4 T | 451.047 | 260.029 | ||||
1° jaar | 890.105 | 890.105 | 1.058.179 | 1.058.179 | 1.948.284 | 19.109.895 |
2° jaar | 939.381 | - | - | 1.008.903 | 1.948.284 | 18.170.514 |
3° jaar | 991.980 | - | - | 956.904 | 1.948.284 | 17.179.134 |
4° jaar | 1.046.260 | - | - | 902.024 | 1.948.284 | 16.132.874 |
5° jaar | 1.104.177 | - | - | 844.107 | 1.948.284 | 15.028.697 |
----------- | ------------ | ------------ | ------------------ | ------------ | ------------ | ------------ |
14° jaar | 1.793.214 | - | - | 155.070 | 1.948.284 | 1.892.434 |
15° jaar | 1.892.434 | - | - | 55.894 | 1.948.284 | 0 |
TOTAAL | 20.000.000 | 20.000.000 | 9.224.214 | 9.224.2124 | 29.224.214 | 0 |
Toegekend krediet van 20.000.000 BEF, terugbetaling in 15 jaar, Rentevoet 5,4 %
550 | Kredietinstellingen | 20.000.000 | |
173 |
aan Kredietinstellingen - Investeringskrediet |
19.109.895 | |
423 |
aan Kredietinstellingen - Schulden die vervallen binnen het jaar |
890.105 |
Samenstelling van de garantie
020 | Crediteuren van de onderneming, houders van
zakelijke zekerheden - Hypotheek - Borg op handelszaak |
  17.000.000 3.000.000 |
|
021 | aan Zakelijke garantie voor eigen rekening | 20.000.000 |
De rekening 020 zal ieder jaar verminderen met het bedrag van de gedane terugbetaling. Deze wordt opgenomen in de toelichting onder "Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen".
Betaling van de facturen aan de leveranciers
1.1.99
4401 | Leveranciers - Facturen van de investeringen |
20.000.000 |
|
550 | aan Kredietinstellingen | 20.000.000 |
Ieder kwartaal (of semester) worden de door de kredietinstelling geheven
interesten geboekt :
31.3.99
650 | Interesten op investeringsleningen | 269.021 | |
550 | aan Kredietinstellingen | 269.021 |
Ieder semester terugbetaling van een kapitaalschijf
30.6.99
423 | Kredietinstellingen -vervallend binnen het jaar | 439.058 | |
550 | aan Kredietinstellingen | 439.058 |
173 | Kredietinstellingen | Investeringskrediet |
890.105 | 20.000.000 |
423 | Kredietinstellingen | schijf op (-) 1 jaar |
15 | 439.058 | 890.105 |
25 | 451.047 |
650 | Intresten op investeringslening | |
1ste kwartaal | 209.021 | |
2de kwartaal | 266.063 | |
3de kwartaal | 263.066 | |
4de kwartaal | 260.029 | |
TOTAAL | 1.058.879 |
173 | Kredietinstellingen - investeringskrediet | |
890.105 |
20.000.000
CS 19.109.895 |
Aanpassing van de niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen
021 | Zakelijke garantie voor eigen rekening | 890 105 | |
020 |
aan Vorderingen van de onderneming - garantieverkrijgers |
890 105 |
***